Het ongrijpbare meisje - Mario Vargas Llosa
Vargas Llosa, M. (2006) Het ongrijpbare meisje. Amsterdam: Uitgeverij Meulenhoff bv
Liefdesroman.
Latijns-Amerika, verwoestende liefde, aantrekking.
Vargas Llosa won in 2010 de Nobelprijs voor de Literatuur.
Bronnen recensies:
De Ruyck, J. (25 juli 2006).
Romantiek is niet de werkelijkheid. Het Nieuwsblad. Opgeroepen op 9 april 2016 via
https://academic.gopress.be
"Het was een fantastische zomer. Pérez Prado kwam met zijn twaalfkoppig orkest de carnavalfeesten van de Club Terrazas van Miraflores en de Lawn Tennis Club van Lima opluisteren, er werd een nationaal mambokampioenschap georganiseerd op de plaza de Acho dat een groot succes was, ondanks het dreigement van kardinaal Juan Gualberto Guevara, aartsbisschop van Lima, dat hij alle deelnemende paren zou excommuniceren, en tussen mijn wijk, de Barrio Alegre met de calle Diego Ferré, de calle Juan Fanning en de calle Colon, en de wijk rond de calle San Martin werd een soort olympiade gehouden bestaande uit fulbito, wielrennen, atletiek en zwemmen, die wij vanzelfsprekend wonnen"
De Peruaanse Ricardo is 15 en dolverliefd op Lily, een Chileens meisje. Hij vraagt haar verscheidene keren om verkering, maar telkens weigert ze. Op een dag blijkt dat Lily zich slechts voordoet als Chileense. Zonder verklaring verdwijnt ze uit Ricardo's leven. Na zijn studies verhuist hij naar Parijs waar hij aan de slag gaat als vertaler en tolk. Plots staat het Chileense meisje voor hem, nu Arlette genaamd. Ze is onderweg naar Cuba, daar wacht haar een opleiding tot aspirant-guerrillastrijder. Weer moet hij haar laten gaan. En zo gaat telkens weer. Hij komt haar tegen, als echtgenote van een Franse diplomaat, als vrouw van een rijke Engelse renpaardenfokker, als minnares van een masochistische Japanse onderwereldfiguur. Iedere keer voelt Ricardo de onuitgebluste liefde terug opflakkeren en valt hij als een blok voor haar en dan verdwijnt ze weer.
Het is de eerste keer dat ik een boek lees van Vargas Llosa en meteen valt me de gelijkenis op met die andere Latijns-Amerikaanse Nobelprijswinnaar, Garcia Márquez.
Het ongrijpbare meisje gaf me tijdens het lezen hetzelfde gevoel als
Liefde in tijden van cholera. Een gevoel van warmte en liefde, maar tevens ook een onheilspellend en allesvernietigend gevoel. Ondanks het feit dat de fatalistische liefdeshistorie zich telkens weer herhaalt, blijft het boek boeiend tot de laatste bladzijde. Er is blijkbar ooit een incident geweest tussen Garcia Márquez en Vargas Llosa. Het verhaal, in het Spaans weliswaar, staat uitgebreid in
El Mundo.
Het valt op dat de titel zeer slecht vertaald is. Travesuras de la niña mala betekent zoveel als Schelmenstreken van het slechte (of stoute) meisje. Dat merkte ook de recensent van Het Nieuwsblad op. Dat kan alleen maar betekenen dat hij Het ongrijpbare meisje volledig heeft gelezen. Het Chileense meisje Lily krijgt doorheen het boek en de fases die ze doorloopt in haar leven, telkens een andere naam, maar meestal refereert Ricardo, die ook de verteller van het verhaal is, naar haar als 'het stoute meisje'. Dit valt op, omdat de ware naam van het meisje pas aan het einde van het boek onthuld wordt.
De auteur beschrijft plaatsen, personen en voorwerpen tot in het kleinste detail. De vertaling blijft hier wel trouw aan de originele Peruaanse betekenis. Benamingen van eten worden bv. niet vertaald, maar achteraan verklaard. Dit vergroot de authenticiteit. Ook de vele verwijzingen naar historische figuren en gebeurtenissen dragen hiertoe bij. Vargas Llosa koppelt het voorbijgaan van de tijd aan politieke gebeurtenissen in Peru die hij via de briefwisseling tussen Ricardo en zijn oom Ataulfo weergeeft. Naar het meisje wordt verwezen als: ex-Chileens, ex-guerrillastrijdster, ex-madame Arnoux... Het boek omvat op die manier een tijdspanne van meer dan 40 jaar.
Waar alle artikels (van voor 2010) die ik las over Het ongrijpbare meisje en Mario Vargas Llosa het roerend over eens zijn, is dat deze schrijver getipt staat als mogelijke winnaar van de Nobelprijs voor de Literatuur. Wat in 2010 ook gebeurde. De reden hiervoor: "De manier waarop hij machtsstructuren in kaart brengt en zijn scherpzinnige beelden van het verzet, de opstandigheid en de nederlaag van het individu." Allemaal kenmerken die ik Het ongrijpbare meisje terugvind.
Volgens de recencent van Humo laat Vargas Llosa zijn roman op een lullige manier uitdoven. Voor mij past het einde perfect bij de roman. Geen grootse onthullingen of een onrealistisch einde, maar één dat eerder tragisch doch normaal aanvoelt. De recensent noemt dit "een wild stromende river of tears die de tijdens de lectuur opgestapelde vuiligheid bij de lezer in één klap wegspoelt". Vermoedelijk wil de schrijver van het artikel uitpakken met mooie woorden, maar heeft hij de roman niet tot het einde gelezen. Wijzer word ik van het artikel in Het Nieuwsblad dat suggereert dat Vargas Llosa boeken heeft geschreven die technisch hoogstaander zijn. Ik ben er alvast beniewd naar geworden. Mario Vargas Llosa is voor mij een fijne ontdekking geweest. Jammer dat goede boeken zo snel uitgelezen zijn...
Waarom had Marirosa het uitgerekend op dat moment in haar hoofd gehaald Lucy en Lily aan haar tante voor te stellen? Wat hadden ze allemaal te bespreken dat ze zo lang wegbleven? Ze stuurde mijn plannen danig in de war, verdorie. Want het was waar, toen de taart met de vijftien kaarsjes werd aangekondigd, was ik net begonnen met mijn vierde - en dit keer, daar was ik van overtuigd, succesvolle - liefdesverklaring aan Lily, nadat ik het orkest had weten te overhalen Me gustas te spelen, de meest geschikte bolero om een meisje te vragen.
Het duurde een eeuwigheid voordat ze terugkwamen. En toen ik ze eindelijk zag, waren ze onherkenbaar: Lucy was lijkbleek en had wallen onder haar ogen, alsof ze een geestverschijning had gezien en nog bezig was bij te komen van de indrukken uit de andere wereld, en Lily trok een ontstemd, zuur gezicht en haar ogen schoten vuur, alsof die deftige dames en heren haar een paar vreselijk moeilijke momenten hadden bezorgd. Ik vroeg haar meteen ten dans, een van die mambo's waar ze goed in was - Mambo nummer 5 - en ik kon mijn ogen niet geloven, maar Lily zat er steeds naast, danste uit de maat, lette niet op, vergiste zich, struikelde en haar matrozenmutsje zakte scheef, waardoor ze er een beetje belachelijk uitzag. Ze nam niet eens de moeite het recht te zetten. Wat was er gebeurd?
Ik weet zeker dat toen Mambo nummer 5 was afgelopen iedereen op het feest het al wist omdat het dikkerdje het nieuws inmiddels had verspreid. Wat zal die roddeltante genoten hebben toen ze het in geuren en kleuren vertelde, het verhaal aandikkend en overdrijvend en grote, grote ogen opzettend, van nieuwsgierigheid, ontzetting en geluk! Wat een ziekelijke vreugde zullen ze gevoeld hebben - wat een genoegdoening, wat een wraak - alle meisje uit de wijk die zo jaloers waren op die Chileense meisjes die naar Miraflores waren gekomen om de gewoontes van ons, de kinderen die die zomer pubers werden, radicaal te veranderen!
Ik was de laatste die het hoorde, toen Lily en Lucy al op mysterieuze wijze verdwenen waren, zonder van Marirosa of van wie dan ook afscheid te hebben genomen - 'met de staart tussen de benen van schaamte,' zou tante Alberta plechtig verklaren - en toen het raadselachtige gerucht zich al had verspreid over de hele dansvloer en voor hevige opwinding had gezorgd onder het honderdtal jongens en meisjes die het orkest, hun verliefdheden en gescharrel meteen vergaten, met elkaar begonnen te smoezen en geschrokken en verhit te discussiëren, waarbij ze voortdurend in herhaling vielen en grote ogen opzetten die schitterden van leedvermaak. 'Weet je het al? Heb je het al gehoord? Wat vind je ervan? Begrijp je wat dat betekent? Kun je het je voorstellen, kun je het je voorstellen?' 'Ze komen helemaal niet uit Chili! Nee, het waren geen Chileense meisjes! Allemaal kletsverhalen! Ze wisten niet eens iets van Chili! Ze hebben gelogen! Iedereen voor de gek gehouden! Alles verzonnen! De tante van Marirosa heeft ze ontmaskerd! Wat een gemeneriken! Wat een gemeneriken!'
Vargas Llosa, M. (2006) Het ongrijpbare meisje. Amsterdam: Uitgeverij Meulenhoff bv (pg 19-20)