Amerika, betekenisvol zijn, speelkaart.
Ed Kennedy is een 19-jarig taxichauffeur met een laag zelfbeeld. Hij wil graag meer betekenend zijn, maar vindt geen manier om daarin te slagen. Op een dag raakt hij betrokken bij een bankoverval. De overvaller gaat bijzonder klungelig te werk en Ed slaagt erin hem te overmeesteren. Het levert hem zijn 15 minuten roem op. Een paar dagen later krijgt hij een speelkaart toegestuurd die heel zijn jonge leven zal veranderen. Hij moet, of hij dat nu wil of niet, opdrachten uitvoeren.
Het boek neemt meteen een vliegende start. Het verhaal begint bij de bankoverval. Ed en zijn twee beste vreinden, Marv en Audrey gedragen zich heerlijk cynisch en zelfs een tikkeltje brutaal. De sfeer van eht boek wordt meteen duidelijk. Het verhaal wordt verteld vanuit het standpunt van Ed, die uitgebreid de moeite neemt alle personages en zijn verhouding tot die personages breedvoerig voor te stellen. Eds innerlijke dialogen geven een goed beeld van de strijd die hij in zichzelf voert tussen zich waardeloos voelen en een betekenisvolle held willen zijn. Hij vergelijkt zichzelf graag met Jeanne d'Arc en Bob Dylan die beiden op hun 19e al heel duidelijk wisten wat ze wilden. Aan de hand van de speelkaarten die hij in zijn bezit krijgt, moet Ed opdrachten uitvoeren. Dat gaat van mensen moed of aandacht geven tot het op zoek gaan naar de diepste geheimen van zijn beste vrienden. Tot daar geen probleem. Maar het oplossen van probleem van huishoudelijk geweld tart de grenzen van geloofwaardigheid. Op het einde van het verhaal bekent de opdrachtgever dat hij de man aanzette tot het slaan van zijn vrouw zodat Ed iets zou ondernemen en dat vind ik er persoonlijk wat over. Gelukkig blijven er nog voldoende normale opdrachten over. Ed groeit dankzij het oplossen ervan uit tot een zelfzekere volwassen man die zich nuttig voelt door het doen van zoveel goeds. Hij wil zijn vingerafdruk achterlaten in de wereld en slaagt daar overduidelijk in. En hoewel hij bij tijden overkomt als een moderne barmhartige samaritaan of een goed heilig man, geeft het hem en ook de lezer een goed gevoel. Het kan een oproep zijn aan de lezers om zelf met open ogen rond te lopen en misschien iemand die eenzaam is in de buurt een bezoekje te brengen. De hoofdstukken worden genummerd volgens de kaarten van een kaartenboek wat origineel en passend is.
Na de lovende kritieken die Mark Zusak kreeg voor De boekendief verwachtte ik veel van dit boek. Niet alle verwachtingen zijn ingelost. Het verhaal is bij momenten ongeloofwaardig en de opdrachten te gelijkaardig. De Nederlandse vertaling met saucijzenbroodjes en roze koek stoorde mij. Ik ben ervan overtuigd dat er neutrale woorden kunnen gekozen worden die zowel in Vlaanderen als Nederland gebruikelijk zijn. Toch leest het verhaal als een trein, het is spannend, guitig geschreven en de innerlijke strijd die Ed voert om iets van zijn leven te maken, is ontroerend. Ik ben benieuwd naar De boekendief.
Op dit punt heb je waarschijnlijk wel in de gaten wat ik van plan ben te gaan doen aan die hele situatie op Edgar Street. Als je ook maar een beetje bent zoals ik in ieder geval.
Laf.
Gedwee.
Ongelooflijk zwak.
Natuurlijk besluit ik, in mijn oneindige wijsheid, om het een poosje te laten rusten. Je weet maar nooit, Ed. Misschien lost het zichzelf wel op.
Goed, ik weet dat het echt heel slap klinkt, maar ik kan hier in dit stadium onmogelijk iets aan doen. Ik moet ervaring opdoen. Ik moet een paar overwinningen in de knip hebben voor ik opkan tegen die verkrachter van het formaat Tyson.
Op een avond haal ik de kaart weer tevoorschijn terwijl ik koffie zit te drinken met de Portier. (Eds hond) Ik had hem de avond ervoor wat Melange 43 gegeven en dat leek hem prima te bevallen.
In het begin raakte hij het niet aan.
Hij keek naar mij. Hij keek naar zijn etensbak.
Heen en weer.
Het kostte me zeker vijf minuten voor ik doorhad dat hij me suiker had zien doen in mijn mok met TAXICHAUFFEURS ZIJN NIET DE GROOTSTE EIKELS OP DE WEG erop. Zodra ik hem daar ook wat van gaf, werd hij een stuk enthousiaster. Hij slurpte en likte maar door, slobberde de hele bak leeg en keek op om te zien of er misschien nog een rondje inzat.
De Portier en ik zitten dus in de woonkamer. Hij is druk met zijn koffie en ik zit naar de kaart te staren, naar de andere adressen.
Harrison Avenue 13 is de volgende op de lijst, en ik neem me voor om er de volgende avond naartoe te gaan, om 18.00 uur precies.
'Wat denk jij, Portier?' vraag ik. 'Zal deze wat beter zijn?'
Zusak, M. (2011) De boodschapper. Antwerpen: The house of books, Vianen pg 49 - 50